Het inzetten van 3D-printers in de klas
Zoeken
Zoeken
Innovatief lesgeven met 3D-printers

Innovatief lesgeven met 3D-printers

Innovatief lesgeven met 3D-printers

We leven in een snel veranderende wereld. Hoe bereiden we onze kinderen daar op voor? Veel scholen en ouders worstelen met die vraag. Hoe relevant is het nog om de rekentafels te stampen? Moeten we onze kinderen in plaats daarvan leren omgaan met ICT en vaardigheden laten ontwikkelen als creativiteit, samenwerken en projectmatig werken?

Om de kloof tussen de huidige onderwijsmethoden en de toekomstige arbeidsmarkt op te vullen, zijn scholen druk bezig om te kijken hoe ze hun lessen anders in kunnen richten. Denk aan interactieve lessen waarin we leerlingen uitdagen om stapsgewijs een probleem op te lossen. Daarbij doorlopen we de volgende vier fasen;

  1. Bedenken van een oplossing

Nadat de docent het probleem toelicht, gaan de leerlingen aan de slag met het vinden van een goede oplossing. Dit gebeurt meestal in kleine groepjes, bijvoorbeeld met een brainstorm. Wanneer iedereen het eens is over de globale oplossingsrichting, wordt die verder uitgewerkt en ontstaat er een plan van aanpak met een eerste schets.

  1. Het maken van een ontwerp

Met nieuwe technologie wordt de schets omgezet in een ontwerp. Hierbij kun je bijvoorbeeld een 3D-tekenprogramma gebruiken. De keuzes die gemaakt zijn bij het maken van het ontwerp worden door de leerlingen vastgelegd in een aanvullend document.

  1. Het presenteren van de oplossing

De leerlingen presenteren het ontwerp aan ‘de opdrachtgever’. Naast het 3D-ontwerp kan hierbij ook virtual reality of augmented reality worden ingezet; een presentatie uit de 21e eeuw.

  1. Maken van het eindproduct

Is de oplossing naar wens? Dan kan het ontwerp gerealiseerd worden op de 3D-printer.

Met deze aanpak ontwikkelen de leerlingen een aantal 21e eeuwse vaardigheden zoals die ontwikkeld zijn door SLO en Kennisnet; creatief denken, probleem oplossen, computational thinking, informatie vaardigheden, ICT-basisvaardigheden, Media wijsheid, communiceren, samenwerken en kritisch denken.

Beter gemotiveerde leerlingen en meer interactie

Het gebruik van innovatieve technologieën zoals de 3D-printer in de klas is geen doel maar een middel. Het gaat vooral om het proces: samen een oplossing voor een probleem uitdenken, ontwerpen, experimenteren en keuzes maken, presenteren en uiteindelijk ook realiseren. Het maakt de lessen meer interactief en heeft een hoge fun-factor. De ervaring is dat leerlingen enthousiast reageren als ze aan de slag mogen met een 3D-printer.  Ze zijn niet bang voor de nieuwe technologie en vinden het interessant om ermee om te leren gaan.
 

Te tijdrovend of te ingewikkeld? Welnee! 

Veel docenten zien wel de meerwaarde in van het gebruiken van nieuwe technologie in hun lesprogramma, maar ze denken dat het veel extra tijd en inzet kost. Tot een paar jaar geleden was dat ook zo; de 3D-printers die zo’n 5 jaar geleden op de markt kwamen, moesten handmatig gekalibreerd en schoongemaakt worden, een vervelende en tijdrovende klus. Bij de 3D-printers van nu zijn dit soort taken geautomatiseerd en kun je je concentreren op het proces in plaats van de techniek. De nieuwe apparaten zijn zo gebruiksvriendelijk dat docenten deze na een goede instructie direct in de les kunnen inzetten.

Jong geleerd is oud gedaan

Tot nog toe worden 3D-printers vooral gebruikt in het MBO en het HBO. Dit soort nieuwe technologie kan echter ook prima in het primaire en secundaire onderwijs worden toegepast. Hoe eerder we onze kinderen  vertrouwd maken met deze manier van denken, des te beter ze op de toekomst worden voorbereid. 

Deel op social media